Het grootste gedeelte van het tijdschrift is gewijd aan de Centrale Harculo, ook bekend als de IJsselcentrale of IJC. Deze centrale, waar zestig jaar lang stroom is opgewekt, spreekt om veel redenen tot de verbeelding. Een enorm gebouw, waar ooit honderden mensen werkten, met een product dat je niet kunt zien maar dat we allemaal gebruiken. Een geavanceerd en innovatief bedrijf, een paradijs voor techneuten en sinds de ingebruikname in 1955 vier keer substantieel uitgebreid, maar steeds in dezelfde architectonische stijl als het oorspronkelijk gebouwde deel. Een industrieel ‘landmark’, beeldbepalend voor de Zwolse skyline.
Per 1 januari 2016 zijn de werkzaamheden in de centrale definitief stil gelegd. Het besluit om het complex te slopen was toen al door eigenaar Engie genomen. Ondanks protesten is in maart 2017 de sloop begonnen met het neerhalen van de schoorstenen. B en W van de gemeente Zwolle heeft de centrale niet op de gemeentelijke monumentenlijst geplaatst. De Centrale Harculo wacht dus het lot van andere verdwenen en ooit zichtbepalende stadsiconen, zoals de St. Michaëlskerk en het Gouverneurshuis… afbraak en bijschrijven in de geschiedenis.
Wij besteden daarom ruim aandacht aan dit imposante gebouw. Dat gebeurt vanuit drie invalshoeken, de geschiedenis van de centrale, het cultuurhistorische belang en de mening van buurtbewoners, destijds over de bouw en nu over de sloop. Dit alles is geïllustreerd met veel beeldmateriaal, inclusief een fotoreportage die bij een excursie in 2008 door de redactie zelf gemaakt is.
Gevarieerd als ons tijdschrift is, presenteren wij ook een nieuwe rubriek, ‘Opmerkelijk in Zwolle’. Het eerste opmerkelijke fenomeen dat wordt beschreven is de Woonvereniging Westerveldse Aa in de Aa-landen. In dat kader past ook het verhaal over ‘naoberplicht’ in Ittersum in de zeventiende eeuw. Ten slotte een ontroerende ode aan 14 april.
Veel leesplezier. Annet Bootsma